Je hebt besloten dat je voor draagmoederschap gaat, en wil een hoogtechnologisch traject ingaan. Of je dit nu in het binnen- of het buitenland doet, je hebt hiervoor naast een draagmoeder ook een eiceldonor nodig. Maar hoe vind je die?
Mogelijk heb je al een draagmoeder gevonden maar heb je nog geen eicel. In tegenstelling tot het zoeken naar een draagmoeder mag je de wens voor een eiceldonor wel kenbaar maken. Toch is het misschien goed eerst om je heen te kijken. Je kindje is namelijk (genetisch) ook met de eiceldonor verbonden, iets dat mogelijk in het latere leven van het kindje belangrijk zal zijn voor het kind zelf. Vragen over erfelijke eigenschappen, zowel fysiek als qua karakter, komen toch bij de eiceldonor uit. Ook is het goed om te weten dat een eiceldonor bekend moet zijn in Nederland. Je kan dus niet gaan voor een anonieme donatie.
Realiseer je altijd dat de eiceldonor ook risico’s loopt. Om voldoende eicellen te kunnen oogsten moet deze vrouw medicijnen slikken en/of spuiten. Ook is het daadwerkelijke ‘oogsten’ van de eicellen een medische ingreep, waar de donor last van kan hebben.
De eerste kring
De eerste vraag die je jezelf kunt stellen is of mensen om je heen weten van je kinderwens en je zoektocht naar een eiceldonor. Mocht dit niet zo zijn dan is openheid over je wens de eerste stap. Misschien heb je wel een zus, nicht of vriendin die al wat langer met het idee rondloopt haar eicellen te doneren aan een ander. Het is hierbij wel belangrijk dat de vrouw er zelf helemaal achter staat.
Je kan dus wel vertellen dat je nog geen eiceldonor hebt, maar het is meestal niet verstandig rechtstreeks te vragen of iemand jouw eiceldonor wil zijn. Mensen kunnen overvallen worden door je vraag en daardoor een antwoord geven waar ze niet helemaal achter staan.
De tweede kring
Mocht het niet lukken binnen je eerste kring een eiceldonor te vinden, dan zijn er misschien mensen die je indirect kent die wel eiceldonor zouden willen zijn. Deze mensen kun je niet of moeilijk zelf benaderen, maar hier kun je de eerste kring voor gebruiken. Vaak hoor je dat als je je verhaal vertelt, dat mensen niet goed weten hoe ze je kunnen helpen. Dit is een mooie aanleiding om deze mensen te vragen je verhaal verder te vertellen. Mogelijk is er iemand in hun omgeving die al eens heeft nagedacht over draagmoederschap of het doneren van een eicel. Ook voor deze kring geldt hetzelfde als de eerste kring, het is vaak beter niet direct te vragen of iemand jouw eiceldonor wil zijn.
De derde kring
Hier valt eigenlijk iedereen onder die niet in de eerste of tweede kring zit. Deze mensen zijn het lastigst te bereiken omdat je ze niet kent. Allereerst moet je jezelf afvragen of je deze mensen wil bereiken. Je geeft namelijk een deel van je privacy op door buiten je vertrouwde omgeving te stappen.
De mensen in deze kring zijn alleen op een indirecte manier te bereiken, maar je kunt je wens op diverse manier bekend maken. Je kunt onder andere denken aan:
Je mag dus oproepen, maar wees je ervan bewust wat je vraagt. Je kindje is voor altijd verbonden met de eiceldonor en heeft ook recht om te weten wie dit is.